Wat doen topsporters in deze moeilijke tijden waarin de sportagenda geheel is geschrapt voor de aankomende maanden. Veel grote toernooien zijn uitgesteld. Wat voor een ritme bouwen topsporters op om de conditie en de focus vast te houden. Waterpolokeepster Sarah Buis uit De Bilt geeft een inkijkje in haar aangepaste sportleven.
Nu de waterpolocompetitie is gestopt en de zwembaden dicht zijn moet een waterpolospeelster wel een erge grote draai maken. Immers in het zwembad moet het gebeuren in haar sport. Nu zij en alle Nederlanders daar voorlopig geen gebruik van kunnen maken moeten de speelsters op een ander wijze fit blijven en hun conditie onderhouden. Dit gebeurt nu hoofdzakelijk in de tuin. Zowel van haar club UZSC Utrecht als van het Nederlands waterpoloteam heeft ze huiswerk voor de aankomende periode.
Zoals het thuiswerken op grote schaal gebeurt in deze periode sluit de topsport hier ook op aan. Sarah: ‘Met het Nederlands team hebben wij een trainingsprogramma gekregen. Als onderdeel hiervan hebben we elke ochtend om 9.00 uur een soort ‘Skypemeeting’. Hierin trainen we een half uurtje met elkaar onder begeleiding van onze krachttrainer. Daarnaast moeten we hardlopen en drie keer per week zelf een krachttraining doen. Vanuit het krachthonk van het Nationaal Trainings Centrum (NTC) in Zeist waar wij trainen hebben we allemaal een spinning bike gekregen. Dat is een fitnessapparaat waarmee je gemakkelijk thuis kunt trainen om je conditie op peil te houden. Mijn spinning bike staat in de tuin. Daar werk ik hoofdzakelijk mijn hele trainingsprogramma af. We moeten al onze trainingen invullen op een site en doorgeven hoe zwaar we het vonden en hoe lang de training heeft geduurd. Zo blijft de trainingsstaf op de hoogte van onze prestaties en fitheid. Natuurlijk verlies je wel je wedstrijdritme. Dat zullen we later weer moeten opbouwen in trainingswedstrijden’.
Van haar vereniging UZSC heeft zij een programma gekregen met alleen wat stabiliteitsoefeningen die één of twee keer per week gedaan moeten worden. Sarah:’ Mijn clubtrainer weet dat ik al een programma draai van het Nederlands team en houdt daar rekening mee. Ik weet niet wat de andere internationals voor trainingsoefeningen van hun clubs hebben gekregen maar ik vermoed dat ook die trainers er wel rekening mee houden’. Sarah heeft veel onderling contact met haar clubgenoten. Zo hebben de meiden elke vrijdag een gezamenlijke quiz. Sarah: ‘Gewoon voor de lol en om elkaar toch nog wel te zien al is het via social media. Met mijn teamgenootjes van het Nederlands team is er dus elke ochtend om 9.00 uur contact door middel van de ‘Skypemeeting’. Daarnaast bel of app ik met de meiden waar ik meer mee om ga. Zo blijven we in contact met elkaar’.
Natuurlijk zijn er wel doelen waarop Sarah en haar teamgenoten van UZSC en het Nederlands team zich richten. Allereerst de nationale competitie. Normaliter gaat het seizoen begin september van start. Dat is echter in deze tijd maar afwachten. Er staan ook een aantal internationale toernooien op de rol. Sarah:’ Het is de bedoeling dat ik het aankomende seizoen met mijn club Europacupwedstrijden ga spelen. Ik weet nu alleen niet of het wel door gaat. Als dat wel zo is vermoed ik dat deze wedstrijden rond juli gespeeld gaan worden. Met het Nederlands team denk ik dat het eerste internationale toernooi het Olympisch Kwalificatie Toernooi (OKT) is. Een voor ons heel belangrijk toernooi omdat we ons via dat toernooi moeten plaatsen voor de Olympische Spelen. Daar willen we ontzettend graag aan meedoen. Maar er bestaat nog veel onduidelijkheid wanneer en waar dit gaat plaatsvinden. Met elkaar kunnen we nu niets anders doen dan afwachten en zorgen dat we fit blijven’. In het geval van Sarah speelt de tuin daarin een belangrijke rol.
Bron: De Vierklank